Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Remco van der Wijngaart over schematherapie: ‘Toen ik dit zag, wist ik dat ik de hulpverlening in wilde’

Schematherapie maakt een opmars. Dat begrijpt psychotherapeut, opleider en supervisor cognitieve gedragstherapie en schematherapie Remco van der Wijngaart wel. ‘Het is bewezen effectief én ontzettend leuk als je de effecten van deze therapie ziet.’

He jakkes, wat een klein plekje om in te parkeren. Ik zal het wel weer verkeerd doen. Ik ben ook onhandig, dat heeft mijn vader me al zo vaak gezegd. Oh, die man kijkt naar me. Hij zal me wel lelijk vinden. Of dik. Of onhandig. Of alle drie.

‘Iemand die vastloopt in patronen door jeugdervaringen met tekorten aan veiligheid, waardering, grenzen of ruimte voor plezier, kan zichzelf de hele dag naar beneden halen met negatieve gedachten’, vertelt Remco. ‘Soms helpt cognitieve gedragstherapie om die denkpatronen te doorbreken.

Maar bij sommige mensen blijven de negatieve gevoelens toch bestaan en is alleen mentaal inzicht niet voldoende. Voor hen, maar ook bij problematiek als persoonlijkheidsstoornissen of posttraumatische stressstoornis, kan schematherapie een uitkomst zijn.’

Persoonlijke relatie

Zelf maakte Van der Wijngaart als een van de eersten in Nederland kennis met deze therapievorm. ‘Toen ik in 1995 bij de RIAGG ging werken, werd daar ook academisch onderzoek gedaan. Zo startte er een behandelstudie naar de effectiviteit van schematherapie bij patiënten met een borderline persoonlijkheidsstoornis.

Bij mijn eerste ervaring met grondlegger Jeffrey Young dacht ik: dit is waarom ik de hulpverlening in wilde. Dat komt door de drie pijlers waarop de therapie is gestoeld. Ten eerste is de eenvoudige taal makkelijk uit te leggen aan cliënten.

Daarnaast is de therapeutische relatie persoonlijk: met ‘Limited Reparenting’ ga je een hechtingsrelatie aan waarbij je een rolmodel bent om hetgeen te bieden dat iemand heeft gemist in zijn of haar jeugd.

En ten slotte zijn er verschillende methoden en technieken die helpen een corrigerende emotionele ervaring te bieden.’

Nieuwe boodschap

Zo voelt de vrouw die aan het inparkeren is en zichzelf steeds negatief commentaar geeft, zich niet goed over zichzelf. ‘Het inparkeren activeert de straffende stem die ze vanuit het verleden met zich meedraagt. De enige manier om met de emoties om te gaan die deze kritische stem oproept, is door in een overlevingsmodus te schieten. Maar je kunt je niet voor altijd afsluiten voor je gevoel.

Bij schematherapie zet de therapeut zich actief in om dat patroon van negatieve gedachten én gevoelens te doorbreken’, vertelt Van der Wijngaart. ‘Door bijvoorbeeld te zeggen dat jij die persoon juist kent als gevoelig en met humor, in plaats van onhandig en lelijk, bied je gezonde boodschappen die de cliënt eigenlijk in haar jeugd had moeten horen. Door die te herhalen, net zolang tot de boodschap internaliseert, hoort ze uiteindelijk jouw woorden in plaats van die uit haar jeugd.’

Imaginaire rescripting

Imaginaire rescripting is een techniek die de Maastrichtse psychotherapeut graag toepast binnen de schematherapie. ‘De methode bestaat al sinds 1894, maar is lang met scepsis bekeken. Gelukkig is dat in de afgelopen twintig jaar omgeslagen, want het gebruik van verbeelding is een krachtige methode, en bewezen effectief.’

Bij imaginaire rescripting laat de therapeut de cliënt een betekenisvolle herinnering visualiseren, met de ogen gesloten. Vervolgens helpt de therapeut deze beelden, of het verloop van de gevisualiseerde gebeurtenissen, te veranderen. ‘Dat heeft een groter effect op de gevoelsbeleving dan het alleen verstandelijk inzicht dat die gebeurtenissen niet gezond waren.

Hoewel we niet terug kunnen in de tijd, is het veranderen van die beelden toch effectief. Voor de hersenen lijkt het namelijk niet uit te maken of iets echt gebeurd is of gevisualiseerd.’

Terug naar het verleden

Dat biedt grenzeloze mogelijkheden om pijnlijke ervaringen uit het verleden een andere plek te geven. Van der Wijngaart ‘Iemand komt bijvoorbeeld binnen met het gevoel het op zijn werk ‘helemaal verknald’ te hebben. Vaak liggen daar oude wonden aan ten grondslag die de pijn groter maken.

In de sessie gaan we vanuit de situatie van afgelopen week kijken naar wat iemand zo geraakt heeft. Met imaginaire rescripting komen er soms beelden terug waar de cliënt zich niet meer bewust van was, bijvoorbeeld een vader die boos reageert op het kind toen het 6 jaar oud was.

Vervolgens kun je als therapeut in dat beeld stappen en opkomen voor het kind. Of kan de cliënt dat zelf doen. Dat gevoel creëren is heel waardevol.’

Weerstand overwinnen

Soms ervaart Van der Wijngaart weerstand bij cliënten om terug te gaan naar het verleden. ‘Dat kan te maken hebben met het idee dat ‘het toch niet werkt’. Anderen willen wel, maar vinden het spannend. Therapeuten lijken zelf soms ook geremd: ze zijn gewend om te praten óver een ervaring, maar niet om emotiegerichte oefeningen te doen.

Het doen van een imaginatie is in het begin ongemakkelijk, maar het scheppen van een correctieve emotionele ervaring is essentieel om een patroon te doorbreken. Het mooie is dat je de techniek kunt inzetten als onderdeel van schematherapie, maar ook als losstaande methode bij bijvoorbeeld het behandelen van PTSS-klachten of depressie.’

Huiswerk maken

Met het maken van nieuwe betekenisvolle ervaringen is de cliënt er overigens nog niet. ‘Vaak is een langer traject nodig tot de boodschap ‘landt’ en weerklinkt in het hoofd. De cliënt krijgt dus ‘huiswerk’ om de ervaring levend te houden, bijvoorbeeld door die te schrijven of in te spreken op de telefoon, en deze regelmatig te herhalen.’ Daarom is de therapeutische relatie ook zo van belang. Van der Wijngaart: ‘Die is zelfs het belangrijkste om de therapie succesvol te maken.’

Door: Naomi van Esschoten

Bron: GGZ Congressen

Gerelateerde informatie