Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Onderzoek met de therapeutische relatie als uitkomstmaat

Met veel interesse hebben wij kennisgenomen van de reactie van prof. dr. Greet Vanaerschot op onze opiniebijdrage in GZ-psychologie, nr. 1 (Onderzoek naar de therapeutische relatie: Golden Oldie of toekomstmuziek?). Grote delen van haar betoog onderschrijven wij van harte. De therapeutische relatie, de werkalliantie tussen behandelaar en EPA-patiënt, het zijn complexe begrippen. Hierbij is de werkalliantie, -of therapeutische alliantie -, concreet gericht op de samenwerking en het bereiken van doelen, terwijl de therapeutische relatie daar als ruimer, meer omvattend concept omheen ligt. In al zijn complexiteit is het een relevant onderwerp voor de dagelijkse praktijk in de psychiatrie.

Deze dagelijkse praktijk is inderdaad weerbarstig en er is zeker al veelvuldig onderzoek naar deze onderwerpen gedaan. Het is dan ook zeker niet onze bedoeling om alle bestaande onderzoeken en kennis te diskwalificeren. Wel zijn wij van mening dat de EPA-zorg gebaat is bij verder onderzoek en meer gerichte kennis over het tot stand brengen van de therapeutische relatie. Veel van de huidige gebruikte kennis komt uit cross-sectioneel onderzoek en uit onderzoek waarbij de therapeutische relatie als voorspellende factor is gebruikt. Een voorbeeld is de meta-analyse van Horvath e.a. (2011), die door prof. dr. Vanaerschot wordt genoemd en waaruit zij enkele handvatten voor het installeren van de therapeutische alliantie aanhaalt. De opzet van deze meta-analyse was net als de meeste andere studies naar de therapeutische alliantie gericht op het

Premium

Wil je dit artikel lezen?


    Al abonnee? Log dan in