Samenwerken met lastige patiënten
Vrijwel elke zorgverlener kent patiënten met wie het lastig samenwerken is. Zij zwengelen bijvoorbeeld om de haverklap discussies aan en/of zorgen elke keer dat het spreekuur uitloopt. Wat kenmerkt deze mensen, en hoe kan er toch worden gewerkt aan een goede samenwerking tussen patiënt en behandelaar? In Samen beslissen in de zorg legt psychiater en psychotherapeut Erwin van Meekeren collega-zorgprofessionals (zoals huisartsen, bedrijfsartsen en psychologen) uit hoe zij kunnen omgaan met volwassen patiënten met – specifiek – borderlinekenmerken. Allereerst bespreekt de auteur daarvoor de theoretische achtergrond van psychische stoornissen. Vervolgens geeft hij praktische tips, bijvoorbeeld voor het maken van de eerste indruk, punctualiteit, en om de patiënt zijn verhaal te laten vertellen, zijn of haar uitlatingen ook te valideren en het ‘medisch geheim’ te bespreken. Vervolgens krijgt de lezer meer achtergrondinformatie over de (differentiaal) diagnostiek en over de stoornissen die het vaakst voorkomen met een borderline persoonlijkheidsstoornis. Dit deel bestaat vooral uit het beschrijven van de kenmerken van verschillende stoornissen, zoals PTSS, depressie, adhd, angststoornissen, bipolaire stoornis en autismespectrumstoornissen.
Van Meekeren vermeldt dat professionals zelf ook last kunnen hebben van psychische klachten en wijst op het bestaan van een ggz-instelling voor zorgprofessionals: Aurrea. Het boekje sluit af met een samenvatting van de belangrijkste punten uit het visiedocument Medisch Specialist 2025 en met de basistekst van alle zorgstandaarden ggz. Ook hierin staat de samenwerking tussen patiënt en professional centraal.
Bron
E. van Meekeren. Samen beslissen in de zorg. Beter samenwerken, ook als dat lastig lijkt. De Tijdstroom: Utrecht, 2018.
Het postwatersnoodsyndroom
In het artikel Bestaat het postwatersnoodsyndroom? buigt huisarts en medisch historica Marjan Meekma-van der Horst zich over de vraag in hoeverre de watersnoodramp van 1953 tot traumagerelateerde psychopathologie heeft geleid. Dat de watersnoodramp een enorme impact op de betrokkenen had, is zeker. In het naoorlogse Nederland was echter weinig aandacht voor de psychische gevolgen die een dergelijke ramp kon hebben, en systematisch onderzoek hiernaar werd al helemaal niet gedaan. Desalniettemin blijkt uit interviews met overlevenden dat veel mensen waarschijnlijk klachten hebben ontwikkeld die vandaag de dag als een posttraumatische stressstoornis (PTSS) zouden worden geclassificeerd. In 1953 bestond de diagnose PTSS echter nog niet. In heel Zeeland was slechts één psychiater werkzaam. Geestelijke gezondheidszorg werd vooral verzorgd door huisartsen en door de sterk verzuilde wijkverpleging. Ook de kerk speelde hierin een belangrijke rol. Het artikel is niet alleen interessant vanuit historisch perspectief, de auteur laat de lezer ook inzien hoe betrekkelijk kort de tijd is dat er vanuit de gezondheidszorg aandacht is voor traumagerelateerde stoornissen, en welk enorme veranderingen zich op dit gebied de afgelopen jaren hebben voorgedaan.
Bron
M. Meekma-van der Horst. Bestaat het postwatersnoodsyndroom? Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde, 2018;162:D3011.
Nieuwe richtlijnen slaapstoornissen (BE)
Domus Medica, de Vlaamse wetenschappelijke huisartsenvereniging, bracht onlangs hernieuwde richtlijnen uit voor de ‘Aanpak van slaapklachten en insomnia bij volwassenen in de eerstelijn’. Voor het eerst wordt hierin een procesmatige, gefaseerde behandeling voorgesteld die een psychologisch proces ondersteunt.
Stap 1: ‘Start altijd met een slaapdagboek om je diagnostiek te ondersteunen, en ga vervolgens aan de slag met patiëntenvoorlichting en slaaphygiëne-adviezen. Als dat niet blijkt te volstaan, overweeg dan om laagintensieve interventies in te schakelen: groepscursussen ‘beter leren slapen’ of online toepassingen. Na een grondige analyse van de problematiek, heeft de huisarts de mogelijkheid om spanningverlagende technieken, counter-arousal-technieken en cognitieve technieken toe te passen. Met wat training kan de huisarts die zelf toepassen, maar de patiënt kan daarvoor ook worden doorverwezen. Vervolgens worden ‘stimuluscontrole’ en ‘slaaprestrictie’ voorgesteld als interventies die de huisarts kan inzetten bij slaapproblemen. De voorgestelde medicamenteuze aanpak is beperkt en tijdelijk. Verwijzing naar slaapcentra, psychiater, psychotherapeut en/of kinesitherapeut wordt in de richtlijnen ook onderbouwd.
Met deze richtlijn wordt een flinke stap gezet in het afbuigen van de ‘benzodiazepine-voorschrijf-reflex’ en dat is een positieve ontwikkeling, te meer omdat België een van de grootverbruikers van dergelijke medicijnen is. Bovendien baseert ‘het protocol’ zich op een psychologisch verklaringsmodel, waar huisartsen gaandeweg meer vertrouwd mee kunnen raken. Hierdoor worden dergelijke modellen voor patiënten op den duur ook meer toegankelijk en aanvaardbaar.
Bron
De richtlijn is te downloaden via www.domusmedica.be
Online platform over psychotrauma
De recent gelanceerde website traumaexperts.nl is een online platform waar (getraumatiseerde) kinderen en jongeren, hun ouders en verwijzers terecht kunnen voor informatie over psychotrauma. De website heeft een portaal voor jongeren, gezinsleden en betrokkenen, verwijzers en voor andere professionals. Op de visueel aansprekende website krijgen bezoekers informatie over de impact van stressvolle en traumatische gebeurtenissen en over de behandeling van traumagerelateerde problemen. Bezoekers lezen daarop ook wat zij zelf kunnen doen en betekenen voor een getraumatiseerde jongere. De informatie is overzichtelijk, de schrijfstijl toegankelijk en de informatie wordt ondersteund met aansprekend beeld. Ook de boodschap en missie van de makers is hoopvol: herstel van traumagerelateerde problematiek is mogelijk, ‘kinderen hebben recht op traumabehandeling en het is de plicht van hulpverleners om een effectieve behandeling te bieden’. De website is ontwikkeld door kinder- en jeugdtraumabehandelaars van De Bascule, Fier, Kenter Jeugdhulp, UMC Utrecht, GGZ Rivierduinen en stichting Centrum’45.