Dialectische gedragstherapie tegen bipolaire stoornis
Van de jongeren met een bipolaire stoornis doet 50 procent een suïcidepoging en van alle jongeren met een psychiatrische diagnose hebben jongeren met een bipolaire stoornis ook de grootste kans om te overlijden aan suïcide. Tot op heden is nog nauwelijks onderzoek gedaan naar behandelingen die gericht zijn op suïcidaal gedrag. Dialectische gedragstherapie (DGT), ontwikkeld voor volwassenen met een borderline persoonlijkheidsstoornis, is erop gericht om zelfbeschadiging en suïcidaliteit te verminderen. In een randomized controlled trial is onderzocht of deze behandeling ook effectief is voor adolescenten met een bipolaire stoornis. In de studie zijn honderd adolescenten tussen de 12 en 18 jaar oud willekeurig toebedeeld aan één jaar DGT (36 sessies) of één jaar psychotherapeutische standaardbehandeling, zoals cognitieve gedragstherapie of interpersoonlijke therapie. Beide behandelgroepen ontvingen daarnaast ook farmacotherapie. De effectiviteit van de behandelingen werd beoordeeld op de afname van het aantal suïcidepogingen en de afname in stemmingsklachten. De onderzoeksresultaten laten zien dat de adolescenten die DGT ontvingen daarna minder suïcidepogingen ondernamen. Ook nam het aantal suïcidepogingen bij hen sterker af dan bij de deelnemers in de controlegroep. Bij beide groepen was een even sterke afname in de stemmingsklachten te zien. De onderzoekers concluderen dat DGT een veelbelovende behandeling is voor jonge mensen met een bipolaire stoornis en dat deze behandeling een plaats kan hebben in een stepped-care model voor deze doelgroep. Ze benadrukken tevens dat het belangrijk is om de eerste suïcidepoging voor te zijn met een behandeling, aangezien 60 procent van de mensen overlijdt aan de eerste poging.

AVATAR-therapie helpt bij stemmen horen
Van alle patiënten met schizofrenie heeft 60 tot 70 procent last van auditieve verbale hallucinaties, ofwel van het horen van stemmen. Bij veel mensen met schizofrenie en vergelijkbare aandoeningen blijven deze hallucinaties aanwezig, ondanks vele jaren van medicatie en therapie. AVATAR-therapie geeft mensen die stemmen horen de mogelijkheid om een digitale belichaming te maken van hun innerlijke stem, zodat er vervolgens een ‘trialoog’ gevoerd kan worden met de therapeut, de patiënt en de hallucinatoire avatar.1 Deze therapie helpt patiënten om de stemmen die ze horen te confronteren en uit te dagen. Dit wordt gedaan in een ondersteunende omgeving, waardoor de machtsdynamiek verschuift en de symptomen kunnen verminderen. Het uiteindelijke doel is dat patiënten meer controle te krijgen over de stemmen. Enkele studies laten zien dat de AVATAR-therapie effectief is in het verminderen van stress, zowel in de ernst als in de frequentie van auditieve hallucinaties. Meer onderzoek is nodig om de behandeling te verbeteren en om de langetermijneffecten in kaart te brengen. Toch biedt deze vernieuwende aanpak hoop op verlichting bij mensen die al lang last hebben van auditieve hallucinaties en die geen baat hebben bij bestaande behandelingen.

Expertisecentrum Gokken opgericht
Sinds 2021 is online gokken in Nederland legaal en dit heeft geleid tot een forse toename van het aantal online casino’s. Nu kampen meer Nederlanders met een gokverslaving en/of financiële problemen. Echter, de kennis over gokken en de schadelijke effecten ervan is nog onvolledig. Het Trimbos instituut heeft daarom het Expertisecentrum Gokken opgericht, bedoeld als een centrale en onafhankelijke plek waar beleidsmakers, onderzoekers en (zorg)professionals terecht kunnen voor wetenschappelijk onderbouwde kennis over gokken. Naast het beschikbaar stellen van deze kennis zal het centrum zich ook richten op preventie en het ontwikkelen van bewezen effectieve behandelmethoden. Er zal vooral ook aandacht worden geschonken aan kwetsbare doelgroepen, zoals jongeren. Met de lancering van het expertisecentrum hoopt het Trimbos-instituut tot duurzame oplossingen te komen die de negatieve effecten van gokken op maatschappelijk, sociaal en individueel niveau verminderen.

Taalontwikkeling is beter in de natuur
Taalonderwijs vindt doorgaans plaats in het klaslokaal, bijvoorbeeld aan de hand van woordkaarten of boeken. Het promotieonderzoek van taalkundige Jannette Prins laat echter zien dat spelen in de natuur de taalontwikkeling van jonge kinderen eveneens kan bevorderen. Zij onderzocht kinderen tussen 2 en 7 jaar die zowel op natuurrijke plekken als op betegelde speelplaatsen speelden. De kinderen kregen speelvestjes aan met voicerecorders, zodat alle gesproken taal vastgelegd kon worden. Aan de hand van de opnames konden Prins en collega’s de hoeveelheid en inhoud van de taaluitingen analyseren. Alle kinderen speelden hiervoor 10 minuten in beide omgevingen (natuurrijke en betegelde speelplek). Uit de resultaten blijkt dat kinderen die in de natuurrijke omgeving speelden, spraakzamer waren en meer verschillende woorden gebruikten. Daarnaast zet een natuurrijke omgeving kinderen aan tot het voeren van diepere gesprekken over wat ze zien en meemaken. Het vermoeden is dat het rijke karakter van de natuur ook een rijkere taal uitlokt. Met andere woorden: zowel de kwantiteit als de kwaliteit van taalproductie lijken door spelen in de natuur te worden bevorderd.
