Fobie als voorspeller
Het NEMESIS-2 onderzoek (Netherlands Mental Health Survey and Incidence Study-2) is een grootschalige studie van het Trimbos-instituut naar de psychische gezondheid van de algemene volwassen bevolking (van 2007 t/m 2018). Het onderzoek is een bijna onuitputtelijke bron van informatie, die kan worden aangewend voor analyses van de algemene gezondheid, maar bijvoorbeeld ook voor het verkrijgen van informatie over de ontwikkeling van psychopathologie. In een van deze analyses hebben het Trimbos instituut en het Vumc samen gezocht naar de voorspellers van psychische aandoeningen.1 Daarvoor is bij 6646 deelnemers gekeken of volwassenen met een specifieke fobie in een periode van zes jaar nieuwe psychische aandoeningen ontwikkelen. De 552 deelnemers hadden bij aanvang van het onderzoek een specifieke fobie. De onderzoekers ontdekten dat deze deelnemers drie keer zoveel kans hebben op het ontwikkelen van een andere angststoornis, en twee keer zoveel kans op het ontwikkelen van een depressie, dan deelnemers zonder specifieke fobie. De onderzoekers ontdekten ook dat ontstaan van deze psychische aandoeningen bij deze deelnemers niet kon worden toegeschreven aan een andere oorzaak en dat deelnemers met een specifieke fobie gedurende de hele studie van zes jaar minder goed functioneerden dan de volwassenen zonder specifieke fobie. De onderzoekers pleiten er op basis van deze resultaten voor om mensen goed te screenen op specifieke fobieën en om die meteen goed te behandelen, vooral ook omdat hiervoor hele effectieve behandelprotocollen bestaan.