Sexting is het verspreiden of delen van seksueel getinte foto’s, films of berichten. In principe is dit gezond seksueel gedrag dat past bij de ontwikkeling van adolescenten, mits er voldaan is aan bepaalde voorwaarden, zoals wederzijdse toestemming, vrijwilligheid, gelijkwaardigheid en zelfrespect. De wet houdt echter geen rekening met experimenteergedrag. Zowel de maker als de ontvanger van naaktbeelden van minderjarigen kunnen vanaf de leeftijd van twaalf jaar worden vervolgd voor het maken, bezitten en verspreiden van deze beelden. De wetgever beschouwt dit namelijk als kinderporno.
Uit het onderzoek ‘Jongeren en online-veiligheid’ dat onderzoekers aan de Universiteit van Amsterdam hebben uitgevoerd in opdracht van de provider Kliksafe (‘de aanbieder van veilig internet’), blijkt dat 7,1 procent van de meisjes en 5,5 procent van de jongens tussen 12 en 17 jaar weleens een naaktfoto of een foto in ondergoed naar iemand heeft gestuurd. Snapchat is hét sexting-medium onder Nederlandse jongeren. Verder is bekend dat jongeren die aan sexting doen, ook vaak ander risicogedrag vertonen, zoals onveilig vrijen en relatief vroeg en vaak seks hebben. Naast de plezierige en opwindende kant van sexting heeft sexting ook een nadeel: de relatie met (online) seksueel geweld. Deze relatie is het sterkst als de naaktbeelden via digitale media worden verzonden aan onbekenden.
Er is nog weinig wetenschappelijk onderzoek verricht naar de beschadigende gevolgen van sexting onder jongeren. In de spreekkamer van de Jeugd-GGZ wordt echter steeds vaker duidelijk dat het ongewild verspreiden van naaktbeelden – wat vaak gebeurt in combinatie met chantage,