In 2023 zond de NPO de documentaireserie Het water komt uit, een documentaireserie over de watersnoodramp in Zeeland (1953). Met archiefmateriaal en indringende ooggetuigenverslagen illustreren de makers daarin hoe de mensen naar aanleiding van die ramp mentale klachten (en PTSS) ontwikkelden. Door sommige slachtoffers met een streng religieuze achtergrond werd de watersnoodramp gezien als een straf van God. De mens is volgens hen zondig en daarmee schuldig aan het ontstaan van deze ramp. Veel gelovigen deden destijds op hun eigen manier aan coping: (ver)dragen en hun klachten niet uiten of delen (‘niet klagen, maar dragen en God bidden om hulp’). Hoe ellendig de situatie ook was, terugkijkend zijn de voorbeelden uit de documentaireserie, waarbij slachtoffers volledig geïsoleerd hun pijn en verdriet voor anderen verborgen willen houden, ook aandoenlijk.
De invloed van religie op trauma en schuldgevoelens
In de artikelenserie over trauma en schuld onderzoeken de auteurs de invloed van religie op schuldgevoelens. Kampen religieuze mensen vaker met schuldgevoelens na trauma en wat betekent dat voor de behandeling?
Ieder mens heeft fundamentele overtuigingen over het zelf, de ander en de wereld. Binnen een religieus kader worden deze assumpties verbonden met God1: God is almachtig en heeft alles in de hand, God is ons welgezind en als mens doe je ertoe voor God. Door ingrijpende traumatische gebeurtenissen kunnen deze assumpties verstoord raken en/of worden deze soms vervangen door negatieve overtuigingen over het zelf, anderen of de wereld (zie DSM-5: criterium D2-4 van PTSS). Jezelf de schuld geven (‘Ik ben slecht, ik heb het verdiend’) kan bij het meemaken van traumatische gebeurtenissen een overlevingsmechanisme zijn. Daarmee plaats je het kwaad in jezelf, en is de buiten- wereld als veilig te