In deze rubriek vertellen behandelaren over een bijzondere cliënt van wie zij iets geleerd hebben. Gijs Lauret, auteur van het boek Iedereen autistisch, vertelt over Martine* en de theorie van het voorspellende brein.
Martine is een markante verschijning met felgekleurd brilmontuur en blauw, opgeschoren haar. Ze is bescheiden, iets voorbij de dertig, en komt voor onderzoek naar een mogelijke autismespectrumstoornis (ASS), een classificatie die mijzelf een kleine twee jaar geleden ten deel viel. Hoewel Martine een intelligente vrouw is, verliet zij de schoolbanken al op haar veertiende; vanwege steeds hevigere motorische tics. Zij is dermate prikkelgevoelig dat ook een vaste baan voor haar niet weggelegd is.
De uiteindelijke classificatie ASS komt voor Martine niet als een verrassing. Ze is blij dat ze erkenning vindt voor haar functioneren en zichzelf nu beter begrijpt. Ook werpt het een nieuw licht op haar herhaalde motorische bewegingen, een specifiek kenmerk van autisme. Zulke bewegingen hebben Martine en ik allebei, vrijwel de gehele dag door. Bij haar zijn deze opvallend, bij mij doorgaans niet.
Martine heeft in het verleden velerlei andere diagnostische plakkers verzameld, waaronder Gilles de la Tourette. Zij heeft veel onwillekeurige spiersamentrekkingen in haar armen en gezicht, beweegt veelvuldig heen en weer op haar stoel en wrijft met haar handen over haar broekspijpen. Opvallend is dat ze vaak, midden in het gesprek, een kort fluitend geluidje maakt. Ze heeft daar geen controle over.
Wat is toch de functie van zulke opvallende gedragingen? De theorie van het voorspellende brein biedt verklaringen. Hieruit volgt dat wij mensen, om in balans te blijven, binnenkomende zintuiglijke indrukken onder controle proberen te houden. Voor sommige mensen is een globale mate van controle voldoende, voor anderen luistert dit nauwer en is die controle gedetailleerder. Voor hen is het automatisch genereren van prikkels (eigen bewegingen zijn ook prikkels!) uitermate functioneel. En daarom zien we bij mensen met een behoefte aan gedetailleerdere controle vaak meer en opvallender herhalende bewegingen.
Ook ik beweeg me suf, maar het springt schijnbaar niet erg in het oog. Van de voeten wiebelen tot het aan- en ontspannen van spieren en het trommelen met mijn vingers; ik doe het allemaal, volstrekt automatisch en meestal onbewust. En ermee ophouden, zoals ik laatst in de bioscoop probeerde, lukt niet echt. Na enkele minuten stilzitten, kwamen het filmgeluid en -licht intenser binnen, waarna mijn romp herhaaldelijk ongecontroleerde stuiptrekkingen begon te fabriceren.
Deze ene cliënt laat mij (opnieuw) inzien dat er weliswaar eindeloze variaties zijn in menselijke gedragingen, maar dat er tussen mensen vooral graduele verschillen bestaan in plaats van absolute verschillen, zoals wij onszelf met al die classificaties lijken wijs te maken. Het doet me beseffen dat autisme geen op zichzelf staande categorie is, maar vooral een uiting van normale menselijke eigenschappen die versterkt of juist verminderd aanwezig zijn. Of zit jij nooit achteloos te wriemelen, op tafel te tikken of met een ballpoint te spelen?
*De naam Martine is gefingeerd.
Auteur: Gijs Lauret