De GGZ kampt met grote personeelstekorten en wachtlijsten waar op dit moment 85.000 mensen op staan. Zondag 5 februari om 22:10 zendt Pointer op NPO2 de uitzending ‘GGZ in Nood’ uit, over nieuwe ontwikkelingen en ideeën om de GGZ uit het slop te trekken.
Er gaan steeds meer stemmen op dat de GGZ flink op de schop moet. Er is een lange wachtlijst en de behoefte aan psychische hulp in Nederland neemt alleen maar toe. Een op de vijf Nederlanders komt mentaal ooit in de knel. Als je eenmaal aan de beurt bent, moet je een classificatie krijgen die in de DSM-5 staat, anders wordt de zorg niet vergoed.
De DSM is ooit bedoeld als instrument voor wetenschappers om in dezelfde taal te kunnen overleggen over veelvoorkomende psychische klachten. Inmiddels is er een vijfde editie, die nog dikker is dan de voorgaande versies. Er staan nu ruim 300 beschreven stoornissen in, van angststoornissen tot psychoses. Maar de rol van het psychiatrisch handboek is de afgelopen tientallen jaren uit haar voegen gebarsten.
Pointer vroeg aan ruim 140 psychologen en psychiaters van diverse zorginstellingen, hoe zij aankijken tegen de rol van de DSM-5 als leidraad voor de financiering en behandelingen in de GGZ.
Zo’n 88 procent van de zorgprofessionals vindt dat die rol te groot is. Veel zorgprofessionals wijzen op de ‘stigmatiserende rol’ van de DSM-5, het ‘hokjesdenken’ en het ‘labels’ plakken’.
“88 procent van de psychologen en psychiaters wil dat de DSM-5 een minder grote rol krijgt in de financiering van behandelingen. Om psychische zorg vergoed te krijgen, is een classificatie nodig uit het psychiatrisch handboek, de DSM-5. “Maar juist dit boek staat nu symbool voor de molensteen die om de GGZ hangt”, zegt hoogleraar psychiatrie Jim van Os”
Sinds begin 2022 is er een nieuw financieringsmodel voor de GGZ, het zorgprestatiemodel (ZPM). Daarin moet de rol van de DSM-5 kleiner worden.