Relatie tussen de gesteldheid van darmflora en mentale gezondheid
Een verstoorde darmflora wordt inmiddels in verband gebracht met allerlei aandoeningen in de hersenen, zoals autisme, dementie, parkinson en alzheimer. Maar vooral het verband met depressie wordt steeds meer onderzocht. Zo kan een verandering in de darmflora die wordt veroorzaakt door chronische stress, leiden tot depressieve klachten, met name door een vermindering van endocannabinoïden. Franse wetenschappers ontdekten dat de afwezigheid van endocannabinoïden in de hippocampus, die betrokken is bij de vorming van herinneringen en emoties, resulteerde in depressieve klachten. Ze identificeerden enkele bacteriesoorten die aanzienlijk waren verminderd bij dieren met stemmingsstoornissen. Vervolgens toonden ze aan dat een orale behandeling met dezelfde bacteriën de depressieve klachten werden verlicht. Deze bacteriën (psychobiotica) zouden daarom als antidepressivum kunnen dienen.
Ook uit een grootschalig onderzoek van Erasmus MC-wetenschappers blijkt dat er een relatie is tussen bepaalde darmbacteriën en het hebben van depressieve gevoelens. Van duizenden Rotterdammers en Amsterdammers werd de ontlasting onderzocht om te kijken welke bacteriën er in de darmen voorkomen. Tegelijkertijd werden via vragenlijsten de depressieve gevoelens gemeten. Daarbij werd een verband gevonden tussen veertien groepen darmbacteriën en depressieve gevoelens. Probiotica (levende bacteriën) in een pil met een aantal bacteriën die de samenstelling van de darmflora kunnen veranderen, zouden zodoende kunnen bijdragen aan het verbeteren van stemmingsklachten.
Hoe hebben darmflora invloed heeft op de hersenen?
Er bestaan verschillende theorieën die antwoord proberen te geven op deze vraag.
- De metabole capaciteit van de darmflora. Darmbacteriën worden gezien als kleine