Interview Marcus Huibers en Bram Orobio de Castro
Behandelingen kunnen nog effectiever als we meer inzicht krijgen in de werkzame elementen van psychotherapie, en als duidelijk wordt waarom sommige patiënten wel en andere geen baat hebben bij een behandeling. Dat zeggen psychotherapeut Marcus Huibers en orthopedagoog Bram Orobio de Castro. Op uitnodiging van GZ-psychologie gingen zij hierover in gesprek.
Waar houden jullie je momenteel mee bezig, en wat zijn de uitdagingen?
Orobio de Castro: ‘Binnen onze onderzoeksgroep richten we ons vooral op kinderen en jongeren met gedragsproblemen. Ook voor deze patiëntengroep is niet eenvoudig vast te stellen welke elementen van een behandeling het meest bijdragen aan het effect ervan. Dat is in ons geval extra jammer, omdat het bij jongeren vaak lastig is om bestaande interventies goed en volledig uit te voeren. Als we met gedetailleerd onderzoek naar de kenmerken van behandelingen meer inzicht krijgen in de werkzame elementen, dan kunnen behandelaars van jongeren zich in de therapie concentreren op de toepassing van vooral die werkzame elementen.’
Huibers: ‘Wij doen in onze onderzoeksgroep al ongeveer vijftien jaar onderzoek naar de vraag wat de werkzame elementen zijn van cognitieve gedragstherapie voor mensen met een depressie. Dat doen we door bepaalde elementen uit de behandeling te isoleren, om vervolgens alleen die elementen op patiënten toe te passen. Helaas zijn de resultaten tot nu toe nogal teleurstellend en dat geldt ook voor het werk van veel van mijn collega’s. Het blijkt buitengewoon ingewikkeld om ondubbelzinnig vast te stellen wat één enkel element in een behandeling bijdraagt