Aanleiding voor het interview was de oratie die ik uitsprak bij de officiële aanvaarding van mijn bijzondere leerstoel aan Tilburg University.1 Deze leerstoel is ingesteld om een door mij veronderstelde kloof tussen klinisch psychologische wetenschap en klinisch psychologische praktijk te helpen overbruggen. Het interview is een weerslag van mijn mening dat binnen de psychotherapie (ik gebruik deze term als equivalent van ‘psychologische behandelingen’) onvoldoende gebruik wordt gemaakt van wetenschappelijke psychologische kennis. Al eerder is vastgesteld dat evidence-based behandelingen veelal niet worden toegepast waar dat volgens de richtlijnen