Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

CGT voor EPA-patiënten onvoldoende benut

Cognitieve gedragstherapie is voor patiënten met ernstige psychische aandoeningen onvoldoende beschikbaar of wordt niet op de juiste manier toegepast. De focus van de therapie moet terug naar de basisprincipes van cgt en de samenwerking tussen de cognitief gedragstherapeut en de cognitief gedragswerker kan beter.
Mensen met een ernstige psychische aandoening (EPA) behoren tot een zeer diverse groep patiënten.1 Doorgaans kampen zij langdurig met een of meerdere ernstige psychische stoornissen zoals verslaving, eetproblemen, PTSS, borderline, angst, depressie, dwang, psychoses of insomnia. Daarnaast hebben mensen met EPA altijd een indicatie voor geïntegreerde multidisciplinaire zorg.
Deze doelgroep wordt onvoldoende volgens de richtlijnen van de kwaliteitsstandaarden voor de geestelijke gezondheidzorg behandeld, en dat is schrijnend. Zo heeft bijvoorbeeld grofweg de helft van de patiënten met EPA last van psychoseklachten, maar krijgt slechts 10 tot 25 procent cognitieve gedragstherapie (CGT), terwijl de richtlijnen dat altijd aanbevelen. Dat blijkt uit onderzoek van onder meer Zorginstituut Nederland, in samenwerking met de Vereniging voor Gedrags- en Cognitieve therapieën (VGCt).2 Nog minder patiënten krijgen de aanbevolen hoeveelheid sessies en in de praktijk blijkt vaak dat ook psychologen die onvoldoende geschoold zijn in CGT of in CGT-P (een specifieke vorm van CGT voor mensen met psychotische klachten3), de therapie geven.

Averechts

Onvoldoende of onjuiste behandeling leidt niet alleen tot onnodig langer lijden, het kan er ook voor zorgen dat patiënten verder vastlopen of dat klachten toenemen. Denk aan patiënten met psychoseklachten die in een discussie raken met een onvoldoende geschoolde hulpverlener omdat die probeert ‘de
Premium

Wil je dit artikel lezen?


    Al abonnee? Log dan in